zondag 17 maart 2013

De jeugd van tegenwoordig

Het weekend afgerond met het lezen van een inspirerende column van een hogeschoolstudente uit Antwerpen, Amina Bellorf: 'ik stik binnen uw norm!' Een hartenkreet vanuit een stad die schichtig naar de toekomst kijkt.

Het gaat niet goed met de jeugd van tegenwoordig. Of toch met een deel van hen niet. Vooral dan met hen die, om diverse redenen, wat meer ondersteuning nodig hebben. Dat lees ik deze week op verschillende plaatsen in de krant, oa in het artikel met Ingrid De Jonghe bezielster van TEJO, een groep van jeugdtherapeuten uit Antwerpen.  Onze jeugd is opgejaagd wild, stelt ze. En hoe vreselijk is dat, dat we dusdanig omspringen met hen die ons de komende decennia zullen moeten dragen en vooruit halen?
En wat  geldt voor de doorsnee jongere, geldt dan nog eens des te harder voor de 'andere' jongere. Ja, want ook op dat vlak kampen mensen met een migratie-achtergrond nog maar eens met een handicap. Nog minder dan anderen vinden deze jongeren de weg naar (gepaste) jeugdhulp. Nog meer dan anderen verzeilen ze van de regen in de drop, doordat kanalen ongekend zijn, structuren onoverzichtelijk, deuren onherkenbaar.

Gelukkig wordt er wel actie ondenomen. Maandag nog kreeg ik de eerste plannen van een nieuw project rond cultuurgevoelige jeugdhulp voorgesteld. Voor Kerst zetelde ik in de evaluatiecommissie van het voorstel voor dit nieuwe EIF project. Bedoeling ervan is jeugdhulpverleners de juiste inzichten en tools te bieden die hen moeten toelaten hun interventies op een meer cultuursensitieve manier uit te voeren. Dit zal gebeuren door het opzetten van een expertisenetwerk en een website. De reden dat dit project me extra boeide en waarom ik dus graag meewerkte aan de goede opstart ervan,  was dat ik in het verleden ook al had mogen kennismaken met een aantal medewerkers van de zogenaamde OTA's, ondersteuningsteams allochtonen. Concreet de mensen van OTA Gent. Hun kijk op jeugdhulp en vooral dan de hulp aan jongeren met een migratieachtergrond sprak me aan.

Waar jongeren met een migratieachtergrond ook bij gebaat zullen zijn, is bij een volledige en effectieve toegang tot het hoger onderwijs. Maar dat zal dan ook beteken dat de verschilvragen die zij bij hun instroom daar zullen binnenbrengen au serieux genomen worden en met een open vizier benaderd. Precies rond die vraagstelling ga ik komende maandag een kleine presentatie geven op een bijeenkomst van de commissie diversiteit van de VLOR. ik ga hen een aantal stappen en principes voorleggen die ze zouden kunnen inzetten om de 'vragen rond aanpassing' die op hen af komen op een gedragen en structurele manier te beantwoorden. Een kader dat hen moet toelaten de zaak open te trekken ook. Er is nu een verhoogde aandacht voor allerlei vragen die op een of andere manier aan religie gelinkt zijn. Dat maakt het niet steeds makkelijk, omdat dit nu eenmaal een thema is waar hier in Vlaanderen een sterke gevoelslading opzit. Kan er nog wel ruimte zijn voor zingeving in de publieke context? Soms kan het helpen die specifieke lading van de vraag af te halen en te kijken waar het echte functionele verschil zit.

In de presentatie voor de VLOR hoop ik ook een stuk te kunnen terugvallen op een aantal van mijn eerdere ervaringen. Niet in het minst die van het uitwerken van een  handboek voor de implementatie van een diversiteitsbeleid in het hoger onderwijs waar ik enkele jaren geleden aan meewerkte: "tellen en meetellen in het hoger onderwijs."



Geen opmerkingen:

Een reactie posten