woensdag 29 januari 2014

Als het leven je citroenen geeft...

Na een hele dag rondrennen en multi-tasken kan ik soms niet anders dan even languit in de zetel voor tv zakken. Je zou denken dat met enkel toegang tot Een en Canvas dat dan telkens een beetje een koude douche is, maar niks is minder waar. Canvas en Een in the mix met de bib van Merksem Park is een deadly combination: genoeg films, series en docus om je bezig te houden.
Vorige week alvast een heel erg mooie film van Bib meegebracht:  Lemon Tree van Eran Riklis. Het verhaal vertelt een conflict tussen een weduwe en haar nieuwe buurman. De kansen zijn ongelijk, want de weduwe is een Palestijnse en de buurman is de nieuwe Israëlische minister van Defensie. De inzet is de citroenboomgaard van Salma, de weduwe. De minister is bang dat terroristen zich tussen de bomen zullen opstellen om een aanslag op hem te plegen. Hij laat rond de boomgaard daarom een hek neerzetten, met een bewakingstoren. De boomgaard wordt daarop onteigend. Salma zoekt hulp bij de Palestijnse gemeenschap, maar vindt weinig gehoor. Ook haar tegenstanders nemen haar aanvankelijk niet serieus, want niemand verwacht dat een Palestijnse weduwe met een citroenboomgaard veel kan inbrengen tegen een Israëlische minister.
Het einde is 'zuur' voor alle partijen: de minister blijft achter in een woning die uitkijkt op een muur; weduwe Salma heeft een waardeloze, want te ver gesnoeide, boomgaard. De smaak van de heerlijke limonade die Salma doorheen de film aan iedereen aanbiedt, wordt een verre herinnering.
Terwijl deze film nog in mijn hoofd hangt, stuit ik op zondagavond op een ander Palestina-verhaal dat ook heel wat emoties losmaakt. In de meest recente aflevering van 'Sound Track' (Canvas, 20.40 u) komt plots oude bekende Jessika in beeld. In ‘Soundtrack’  ondernemen muzikanten Johannes Verschaeve (The Van Jets), Eva De Roovere, Jason Dousselaere en Dijf Sanders (Teddiedrum)  een muzikale roadtrip doorheen een niet zo voor de hand liggend landschap: Israël en de Palestijnse gebieden. Ze leren de lokale bevolking kennen, via spontane gesprekken die de vier met de lokale bevolking voerden en jams met muzikanten. Ze bezoeken ook sociaal-artistieke projecten om extra inspiratie op te doen. De ene dag is dat een violenbouwer die instrumenten uit de Holocaust hersteld, de andere is dat de Palestijnse Circusschool, die kennis en vriendin Jessika uit de grond stampte. Jessika is nog steeds even krachtig en strijdvaardig als toen we in de jaren 90 samen met nog een paar andere ex-AFS'ers in Leuven de 'mujeres al borde de un attaque de nervios' waren; Wat ons toen bond: het opzetten van oriëntatiesessies voor studenten die een jaar naar Latijns-Amerika zouden trekken. Jessika had eerder een jaar in Ecuador doorgebracht (net als ik) maar ondertussen haar hart verloren in het conflictrijke maar o zo mooie en inspirerende Colombia. Colombia in de jaren negentig vertoont zeker gelijkenissen met Palestina vandaag. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Zelfs ook al hadden we toen veel minder reden  om 'op de rand van een zenuwinzinking' te zijn dan nu :)
In 2006 ging de Palestijnse Circus School van start. Het moest een injectie van weerstand, waardigheid en hoop worden tegen de collectieve depressie die het volk in zijn ban hield. De voortdurende agressieve bezetting, het dagelijkse geweld, de toenemende werkloosheid en de volledige impasse in de onderhandelingen fnuikten de weerbaarheid van het Palestijnse volk. Dus moest het een project van cultureel verzet worden: kinderen en jongeren instrumenten aanreiken om het leven terug zin te geven en het hoofd rechtop te houden. Jongeren uit Ramallah, Jenin, Hebron, Jerusalem en verschillende vluchtelingenkampen vonden stilaan hun weg naar de circusschool. Enkele studenten groeiden zelfs uit tot eerste trainers en performers. Enkelen onder hen kozen voor een professionele opleiding in het buitenland om de nieuwe generatie Palestijnse circusfanaten te kunnen opleiden en om mee te bouwen aan een professionele circusopleiding in Palestina. Ondertussen is de Palestijnse Circusschool dus echt al een beetje een instituut geworden. Iets waar we Jessika en haar echtgenoot Shadi echt mogen bewonderen.
De Circusschool treed op in  De Roma op woensdag 26/3. Er is alvast een zitje op de eerste rij vrijgehouden voor Obama. Ook hij wil na een drukke dag wel eens even ontspannen.

PS: De Palestijnse Circusschool en Soundtrack zitten ook op Facebook

woensdag 22 januari 2014

Handen uit de mouwen, geesten uit het slot!

Het zijn drukke dagen. Niet alleen moeten er dit weekend nog nieuwjaarsbrieven gelezen worden (beetje laat, ja), ook is er op zondag de verhuis van de vzw Hand in  Hand naar hun nieuwe kantoor in Antwerpen. Sinds zowat een jaar of twee ben ik lid van de algemene vergadering van Hand in Hand. En betrokken zijn doe je niet alleen door te denken, maar dus ook door ten gepaste tijden de handen uit de mouwen te steken!
Maar, belangrijker nieuws dan dat over de verhuis is natuurlijk dat van het op kruissnelheid komen van de nieuwste campagne van Hand in Hand. Deze keer wordt gefocust op het wegwerken van discriminatie bij aanwerving. Onze samenleving is heel divers maar de werkloosheid bij mensen met een migratieachtergrond is tot vier keer groter dan bij werkzoekenden van Vlaamse afkomst. Dat heeft deels te maken met racisme en discriminatie en verder zeker ook met onderwaardering van diversiteit door werkgevers.
Discriminatie bij aanwerving een fabeltje? In 2011 deed HIVA hier onderzoek naar. Fictieve sollicitaties werden verstuurd naar aanleiding van bestaande vacatures. Binnen dit onderzoeksproject werden bijvoorbeeld fictieve sollicitaties verstuurd voor Bruno Van Dyck, een 35-jarige Belg, en Abelhamid Habib, een 23-jarige Marokkaan, die beiden solliciteren bij dezelfde werkgever voor een functie in de toeristische sector. Voor beide fictieve sollicitanten werd een gelijkaardig cv opgesteld waarin vermeld werd dat ze voordien in een reisbureau gewerkt hebben en dat ze ervaring hebben met het ticketing- programma Amadeus. De werkgever ontving van het onderzoeksteam beide cv’s, vergezeld van een gelijkaardige motivatiebrief. We stelden vast dat Bruno Van Dyck hierop een positieve reactie ontving en werd uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek. De sollicitatie van Abelhamid werd echter afgewezen omdat – zo argumenteerde de werkgever - zijn profiel – dat hetzelfde is als dat van Bruno – niet overeenkomt met de gevraagde vereisten. Zo werd vermeld dat kennis van het programma Amadeus – wat overigens wel vermeld werd in het cv – toch vereist was.
Discriminatie bestaat dus. Ook in de boeiende opinie van Bart Eeckhout in de laatste weekendkrant ging het er over. Eeckhout doet een belangrijke poging om het diversiteitsdebat uit de stellingenoorlog te trekken. En hij appelleert ons om in onze naar creativiteit en innovatie snakende economie niet langer talent te verspillen!
Heb je na het lezen van bovenstaande info  zin om in actie te komen, om iets te doen? Ga dan zeker even een kijkje nemen op de site van Hand in Hand. Er werd een eisenprogramma uitgewerkt rond het actief bestrijden van racisme en discriminatie én rond het afdwingen van evenredige arbeidsdeelname. Met name de overheid wordt opgeroepen in dit alles een voorbeeldrol op te nemen. Je kan je achter dit eisenprogramma scharen door als individu of als organisatie een steunbetuiging te plaatsen op de site. Verschillende prominente en geëngageerde stads- en landgenoten deden je dit al voor. Maar je kan  ook op andere manieren meedoen, bv door deel te nemen aan een van de manifestaties die de komende weken zullen plaatshebben in verschillende Vlaamse steden en gemeenten.

woensdag 15 januari 2014

Human Resources: net als in de film?

In de opleiding die ik nu volg zijn we net door de module human resources management heen. Een boeiende module, met ronkende verklaringen rond het belang van investeren in mensen en het respecteren van hun autonomie. We bespraken competenties, performantie en nieuwe concepten als I-deals en jobcrafting.

En toch. Het wringt wel dat dit alles nog te vaak een verhaal voor de happy few blijft. Zo bewijzen ook twee films die een heel ander licht werpen op hoe we vandaag de dag met menselijk kapitaal omgaan.

Zo is er "The human resources manager", een prachtig gefotografeerde roadmovie, zich afspelend in Israel en Roemenie. Hoofdthemas is de belabberde omgang met immigranten. Maar de onverwachte wending aan het einde roept ook vragen op over de betekenis van (geboorte)grond. Betekent dat woord hetzelfde als thuis? The human resources manager dwingt tot nadenken over de betekenis van land, volk en nationaliteit.

Gelijkaardige maar ook nog veel pijnlijker vragen in The Art of Becoming is een poëtische documentaire over drie minderjarigen uit Afghanistan, Syrië en Guinee. Alle drie hopen ze op een stabiele toekomst in Europa: Fattah zwoegt in Istanbul en hoopt om zo zijn reis naar Griekenland en daarna Italië te kunnen betalen, Saleh leeft nu drie jaar in Europa maar smacht naar zijn ouders, en Mamadou probeert zijn opleiding en job vol te houden ondanks het feit dat hij geen papieren meer heeft. Doorheen hun verhalen wordt het volledige proces van migratie blootgelegd: onrealistische verwachtingen over Europa, het leven in een zorgcentrum en de onophoudelijke strijd om uitzetting te vermijden.
The Art of Becoming is een ontroerende  film over drie jongeren die meer lijken op hun Europese leeftijdsgenoten dan dat ze ervan verschillen. Net zoals iedere jongere dromen ze over liefjes en toekomstige carrières terwijl ze kieskeurig zijn over groenten en haargel. Dit gevat portret van hun dagelijks leven maakt dat de film zowel authentieke als universele inhoud toevoegt aan het complex migratiefenomeen, dat maar al te vaak gereduceerd wordt tot statistieken en ideologische discussies.

woensdag 8 januari 2014

Graag een ander soort gesprek: aanbod interculturele competentie

Er wordt weer wat af 'ge-wij-en-zij-d' dezer dagen. Verschrikkelijke gebeurtenissen zoals het schieten op de jongeman M . in Molenbeek moeten zeer zeker onderwerp vormen van maatschappelijk debat en van interpersoonlijk gesprek. Maar of het iets uithaalt dat we dat doen op de manier waarop het maandagavond in Reyers Laat gebeurde, durf ik sterk te betwijfelen. Met alle respect en begrip voor ieders individuele ervaring en unieke perspectief, de nuance bleek ver zoek. Van moderator Lieven van Gils zou ik op zo een moment ook wat meer doorvragen en kadering verwachten. Gebeurt dat niet, dan blijft vrees ik alleen maar verbittering en vervreemding over.

Precies om die vervreemding en verbittering de ruimte te ontnemen, en om met elkaar andere gesprekken te gaan voeren, wil ik ook in 2014 heel erg graag blijven focussen op het topic 'interculturele competentie'. Maandag werd via Diagonaal, de nieuwsbrief van het Kruispunt Migratie-Integratie het  vormingsaanbod voor dit werkjaar aangekondigd. Nieuw daarin een reeks over interculturele competentie. Volgende ateliers en masterclasses staan geprogrammeerd: 
In dit atelier gaan we op zoek naar een duidelijke invulling van het begrip interculturele competentie.
Wil je meer te weten komen over welke materialen en werkvormen je kan inzetten in je werk rond interculturele competentie? Deze materialendag in docAtlas in Antwerpen zorgt voor inspiratie.
Je gaat op zoek naar manieren en methoden om je rol als coach van interculturele competentie te expliciteren en te versterken.
In deze masterclass gebruik je je praktijk om het referentiekader over interculturele competentie te verdiepen.

Voor elk wat wils dus. Het volledige aanbod bekijk je door hier te klikken. 

donderdag 2 januari 2014

Een ongebreidelde stroom gelukzoekers

Nu het stof van de feesten wat is gaan liggen, de tijd genomen om de jaaroverzichten in de kranten en weekbladen door te nemen. Daarbij ook gestoten op het interview met ontwikkelingseconoom Paul Collier in De Morgen van 28 december.(1) De woorden 'migratie' en 'integratie' in de kop trokken als vanzelfsprekend mijn aandacht. Ik probeer rond deze thema's ook steeds zoveel mogelijk een open geest te houden, verschillende stemmen te horen, wisselende perspectieven te exploreren. Daarom ben ik zeker ook geboeid door het verhaal van een onderzoeker die aangeeft "tot geen enkel kamp te willen behoren". Iemand die naar eigen zeggen vooral wil proberen de discussie rond deze maatschappelijk 'lastige' vraagstukken uit 'het mijnenveld van emoties weg te trekken'.
Ik moet zeggen dat ik na het lezen van het interview wel wat op mijn honger blijf zitten. Ik had nieuwe inzichten of via onderzoek onderbouwde argumenten verwacht. Misschien stiekem ook wat concrete aanzetten tot oplossingen of een zich ontwikkelende aanbeveling.  Maar ik vond ze niet.
Wel anekdotiek, over zijn eigen grootvader bijvoorbeeld die van Duitsland naar Engeland trok. Heel wat open deuren ook, bijvoorbeeld over hoe moeilijk het is om mensen die naar het Westen komen voor hun studies daarna terug naar hun land van herkomst te bewegen. Maar dat soort dingen kan ik nog plaatsen: het blijft belangrijk om via dit soort media mensen te informeren over en sensibiliseren rond ook de persoonlijke dimensies van migratie.
Waar ik het veel moeilijker mee heb is met een aantal scheef lopende vergelijkingen in Colliers betoog. Zijn belangrijkste idee is dat migratie beperkt moet worden. Volledig open grenzen zijn geen goed idee. Ook dat is weer iets waar denk ik de meeste mensen al wel op een of andere manier van overtuigd zijn geraakt. Maar in plaats van dan aan te geven hoe je op een constructieve en ethisch manier zo een 'controle' op migratie zou kunnen uitwerken,  komt hij met een wel heel vreemd argument over waarom dit belangrijk is: "verdediging van territorium is niet alleen een mensenrecht, het wordt ook in het hele dierenrijk erkend. Het zit sinds miljoenen jaren in onze natuur ingebakken." Auw! Wanneer mensen met dit soort verhalen aankomen, vermoed ik steeds een zwaktebod. Wat moeten we hiermee? Sinds wanneer doen we dingen omdat de dieren ze ook net zo doen? En hoe bizar is het wel niet wanneer we natuurlijke instincten beginnen in te roepen om de effecten van een globalisering af te wijzen die we als cultuurwezens zelf in gang gezet hebben? Verder lijkt het me overgings zo dat je met de Fabels van La Fontaine net zo goed voor als tegen migratie kan pleiten.
Wat ik ook niet goed kon plaatsen waren Collier's typeringen van migranten als 'gelukszoekers'. Ongetwijfeld zijn veel migranten mensen die hun geluk zoeken (het belangrijkste levensproject van zowat elke levende mens op deze planeet). Maar de term 'gelukszoekers' in combinatie met de term 'ongebreidelde stroom' roept vooral negatieve connotaties op: van 'profiteren' en 'overspoelen' en dergelijke meer. Niet echt termen die ten dienste kunnen staan van het 'genuanceerde' en 'objectieve' verhaal dat Collier zegt te willen brengen. Daarbij komt nog dat ik vermoed dat een belangrijk deel van de mensen die vandaag de dag over de aarde bewegen niet zozeer op zoek naar geluk zijn dan wel in de eerste plaats gewoonweg proberen te overleven, op de vlucht voor oorlogsgeweld, honger, terreur, een totaal gebrek aan perspectieven. In het VRT jaaroverzicht zag ik weinig 'gelukszoekers'.
Het blijft me opvallen hoe wij, gezeten in onze Westerse comfortzone, ons het recht blijven toe-eigenen om te bepalen of anderen mogen dromen of niet. Wijzelf laven ons dagelijks aan het discours van 'zelfbepaling' en 'autonomie': mijn ambities, mijn dromen, mijn noden, mijn plannen, mijn verlanglijstje,.... het zijn de sturende elementen in onze agenda's. Maar van anderen, van hen die van buiten ons blikveld komen, accepteren we moeilijk dat ze op dat vlak net als ons zouden zijn. Voor hen is 'dromen' een luxe-goed dat ze niet zomaar mogen krijgen, dat moet hen vergund worden. We beperken hun bewegingsvrijheid niet enkel met reële grenzen maar ook met nog heel wat grenzen in hun hoofd.
Ik volg Collier in zijn oproep om grondig na te denken over de gevolgen van migratie aan alle kanten van de grens. De met migratie samenhangende 'brain drain' die arme landen verzwakt en dus nog meer mensen het gevoel geeft dat ze daar niet kunnen blijven, is een niet te miskennen feit. Maar ik vind niet dat je de verantwoordelijkheid voor de oplossing daarvan alleen maar bij de migrerende individuen zelf mag leggen. Ik vind niet dat je van mensen zoveel 'zelfopoffering' mag verwachten. Het is de taak van overheden om samen te werken aan structurele stabiliteit, aan veiligheid. Daarbinnen hebben mensen dan de ruimte om effectief keuzes te maken.
Ik volg Collier ook in zijn waarschuwing voor een mogelijke ervaring van 'teveel aan diversiteit'. De meerwaarde van verschil staat voor mij onomstotelijk vast, maar ik vind ook wel dat je mensen de kans en de tijd moet geven om zich aan te passen aan een veranderende context: zowel de migranten als de mensen in het land van aankomst. Maar ik wil hierin wel 'strenger' zijn dan Collier. Hij stelt dat we vooral moeten uitzoeken tot hoe ver we kunnen gaan opdat de ons omringende diversiteit nog 'comfortabel' is. Dat volg ik niet. Om te leren en te evolueren moet je stretchen, voorbij je comfort durven gaan. Om dit mogelijk te maken wil ik opnieuw wijzen op een een gedeelde verantwoordelijkheid: het individu en de overheid moeten samen denken over en werken aan een omgeving waarin diversiteit echt het verschil kan en mag maken. Collier zelf schuift de hete aardappel voor zich uit.
Op 1 januari 2014 gingen de Europese grenzen open voor Roemenen en Bulgaren. Dit leidde in sommige Europese landen blijkbaar zelfs tot een ware 'migratiepsychose'. Als dat maar niet het woord van 2014 mag worden. Ik hoop echt dat we in 2014 op een meer constructieve en gefundeerde manier kunnen nadenken over deze toch enorme uitdaging voor ons allemaal.

(1) Het interview met Collier van 28/12 kon ik niet online vinden maar hier een opinie van hem van 2/12/2013